Babi pangang

Ingredienten: 5 pers.
 
2 kilo varkensprocureur
2 eetl. zout
1 eetl. vetsin
40 ml. rijstwijn
1 eetl. donkere sojasaus, voor kleur
50 ml. lichte sojasaus, voor smaak
100 gr. suiker
150 gr. atjar
1 ltr. babi panggangsaus
 
Bereiding:

Neem de tijd om het vlees goed te wassen onder de kraan en te
drogen.
Doe het vlees in een grote pan met koud water en breng het rustig aan de kook, samen met de volgende smaakmakers: steranijs, zout, suiker, vetsin, donkere sojasaus, lichte
sojasaus en rijstwijn.
Schep tijdens het koken het vrijkomend vuil/schuim van het water.
Laat het vlees ongeveer twee uur sudderen. Het heeft minimaal wel 1,1/2 uur nodig, daarna moet je periodiek in het vlees prikken om te voelen of van binnen zacht is. De gaar tijd hangt af van de dikte en de kwaliteit van het vlees.
Laat het vlees uitlekken en afkoelen, evt. kun je het in de
koelkast zetten als je de volgende dag verder wilt gaan.
 
Intussen maak je de babi pangangsaus
 
Snij het vlees over de korte kant in plakjes ter dikte van ongeveer
anderhalve centimeter.
Frituur het vlees in olie van minimaal 185 graden.
Frituur tot de Babi Panggang mooi bruin is. Laat het niet aanbranden, denk aan een minuut of drie.
Laat de plakken vlees uitlekken.
Hak ze met een hakmes snel in smalle reepjes.
 
Schep een portie atjar op een bord.
Stapel daar drie gehakte plakken vlees bovenop.
Overgiet het geheel met een ruime hoeveelheid  babi pangangsaus .